Spring naar inhoud

Resultaten onderzoek

2.1 Bekendheid kerken

Allereerst vroegen we de panelleden welke kerk als eerste bij hen opkomt als zij denken aan kerkgebouwen in de gemeente Groningen. De uitkomsten hiervan zijn te zien in de woordenwolk (Figuur 1). Het is duidelijk dat de grote kerken in de gemeente het vaakst genoemd zijn. Zo noemden ruim 2.100 respondenten de Martinikerk of -toren, ruim 750 de Akerk en ruim 250 de St-Jozefkerk. Maar ook kleinere kerken in de dorpen worden regelmatig genoemd. In totaal worden zo’n 80 verschillende kerken genoemd.

Figuur 1: Als u denkt aan kerkgebouwen in de gemeente Groningen, welke komt er dan als eerste in u op? (n=4.046)

Vervolgens werd naar de bekendheid van veertien kerken in de gemeente gevraagd (zie figuur 2). Hier werden zowel grotere kerken in de binnenstad en stadswijken als  kleine kerken in de dorpen getoond. Vrijwel iedereen kent de Martinikerk. Ook de Synagoge is goed bekend onder de respondenten. De andere getoonde kerken zijn een stuk minder bekend. Ruim vier op de tien respondenten kennen de Dorpskerk in Haren. De kerk in Garmerwolde, De Fontein en de Maranathakerk zijn bij ruim een kwart van de respondenten bekend. Het minst bekend van het rijtje zijn de Geradja Indjila Maluku in Hoogkerk (3%) en De Hoeksteen in Ten Post (4%).

Figuur 2: Welke van onderstaande kerkgebouwen in de gemeente Groningen kent u? (n=4.790)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Kerk %
Martinikerk 99%
Synagoge Groningen 82%
Dorpskerk Haren 42%
Kerk Garmerwolde 28%
De Fontein Groningen 27%
Maranathakerk Groningen 27%
Heilige Salvator Groningen 20%
Kerk Middelbert 18%
Kloosterkerk Ten Boer 16%
Gereformeerde kerk Thesinge 16%
Heilige Nicolaas Haren 13%
Kerkje Lellens 10%
De Hoeksteen Ten Post 4%
Geredja Indjili Maluku Hoogkerk 3%
Ik ken geen van bovenstaande kerken 1%

Wanneer er globaler gevraagd wordt naar de bekendheid met kerken in de gemeente Groningen, dan zien we dat respondenten aangeven vooral goed bekend te zijn met de grote kerken in de gemeente (zoals de Martinikerk en de Akerk; zie Figuur 3). Driekwart stelt redelijk of zeer goed bekend te zijn met de grote kerken. Het minst bekend zijn de respondenten met kerkgebouwen in de dorpen van de gemeente. Ruim vier op de tien respondenten zijn hier niet bekend mee en nog eens vier op de tien zeggen er een beetje bekend mee te zijn. Slechts 14% is redelijk of zeer goed bekend met dorpskerken. De bekendheid van kerkgebouwen in de directe woonomgeving is hoger (45% redelijk/zeer goed bekend mee). De groep die niet (20%) of een beetje (35%) bekend is met kerken in de eigen woonomgeving, is echter groter. Met kerkgebouwen in de stad Groningen zijn de meeste respondenten een beetje (49%) of redelijk goed (36%) bekend.

We zien dat respondenten uit gebiedsdeel Ten Boer het vaakst zeggen dat zij redelijk/zeer goed bekend zijn met kerken in hun directe woonomgeving (76%). Voor respondenten uit gebiedsdeel Centrum is dat bijna twee derde. Gebiedsdeel Oost scoort hier het laagst met 33% van de respondenten die zeggen dat zij de kerkgebouwen in hun omgeving redelijk/zeer goed kennen.

Figuur 3: Hoe zou u over het algemeen uw bekendheid met kerkgebouwen in de gemeente Groningen omschrijven? In hoeverre bent u bekend met… (n=4.746)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

  Niet bekend mee Beetje bekend mee Redelijk goed bekend mee Zeer goed bekend mee
Grote kerken in de gemeente, zoals
de Martinikerk en de der Aa-kerk
3% 22% 39% 36%
Kerkgebouwen in mijn directe
woonomgeving (straal van 1 km)
20% 35% 29% 16%
Kerkgebouwen in de dorpen van
de gemeente Groningen
43% 43% 12% 2%
Kerkgebouwen in de stad Groningen 8% 49% 36% 7%

2.2 Kerkbezoek

Van de respondenten geeft ruim de helft (56%) aan dat zij in het afgelopen jaar weleens in een kerkgebouw in de gemeente Groningen is geweest. De voornaamste reden van bezoek is het bezoeken van een culturele activiteit (65%; zie Figuur 4). Daarnaast was 43% in een kerk om deze te bekijken. Een kwart bezocht de kerk als uiting van geloof/zingeving. Respondenten uit gebiedsdeel Ten Boer geven dit vaker aan (35%). Bij ‘anders, namelijk’ geven respondenten vooral aan dat ze in de kerk waren om te stemmen, om een griepprik te halen of een culturele activiteit te beoefenen, zoals koorrepetitie, muziekles of dansles.

Figuur 4: Om welke redenen bezocht u in het afgelopen jaar een kerkgebouw in de gemeente Groningen? (n=2.625)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Wat %
Voor het bezoeken van
een culturele activiteit
65%
Om de kerk te bekijken 43%
Als uiting van geloof/zingeving 24%
Voor het bezoeken van een
trouw- of afscheidsdienst
19%
Om stilte te ervaren 14%
Om mensen te ontmoeten 11%
Ik ben vrijwilliger in een kerk 9%
Anders, namelijk: 9%
Voor mijn werk 5%
Om te sporten 1%
Woonfunctie 1%

Niet-bezoek

Wanneer respondenten in het afgelopen jaar geen kerk bezochten, is de meest genoemde reden hiervoor dat zij hier geen interesse in hebben (63%; zie Figuur 5). Bijna een kwart geeft aan dat zij niet goed weet wat er te doen is. Bij ‘anders, namelijk’ is de tendens vooral dat men niet gelovig is en/of niets met de kerk heeft.

Figuur 5: U geeft aan dat u in het afgelopen jaar geen kerkgebouw in de gemeente heeft bezocht. Waarom niet? (n=1.806)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

wat %
Geen interesse 63%
Ik weet niet goed wat er te doen is 22%
Anders, namelijk: 10%
Het aanbod (bijv. cultuur, sport, horeca)
sluit niet aan bij mijn wensen
8%
Ik heb er geen tijd voor 8%
Kerkgebouwen zijn voor mij niet goed
bereikbaar en/of niet goed toegankelijk
2%

2.3 Activiteiten in kerken

Kerkgebouwen kunnen behalve een religieuze functie verschillende andere functies hebben, zoals een sportruimte, kinderopvang of muziekpodium. Het panel is gevraagd of zij bekend zijn met dergelijke activiteiten in kerkgebouwen in de gemeente. Hieruit komt naar voren dat 80% bekend is met één of meer activiteiten (zie Figuur 6). Het meest bekend is men met het kerkgebouw als muziekpodium (56%) en voor verhuur voor bijeenkomsten, zoals symposia en vergaderingen (53%). Verder is een kwart bekend met een kerkgebouw in de gemeente Groningen met woonfunctie en een zevende is bekend met een horecafunctie.

Kijken we naar achtergrondkenmerken van respondenten, dan zien we dat de jongste leeftijdsgroep (18-29 jaar) met veel activiteiten iets minder bekend is. Respondenten uit gebiedsdeel Oost zijn minder goed op de hoogte van muziekpodia en verhuur van kerken. Respondenten uit gebiedsdeel Centrum en Oude Wijken kennen vaker kerken met een woonfunctie. Ook respondenten die het afgelopen jaar een kerk bezochten, kennen meer activiteiten. Dit is vooral het geval bij muziekpodia (respectievelijk 68% en 39%) en verhuur (respectievelijk 64% en 39%). 

Figuur 6: Welke van de onderstaande activiteiten in kerkgebouwen in de gemeente Groningen kent u? (n= 4.734)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Wat %
Muziekpodium 56%
Verhuur voor (zakelijke) bijeenkomsten
zoals symposia en vergaderingen
53%
Wonen 23%
Horeca 14%
Sportruimte 9%
Kinderopvang 7%
School 6%
Bedrijf 4%
Geen van bovenstaande 21%

Passende activiteiten in kerkgebouwen

We vroegen welk type activiteiten de panelleden het meest passend vinden wanneer een kerkgebouw in het centrum van de stad dan wel in de dorpen van de gemeente een nieuwe functie krijgt. Figuur 7 toont de resultaten. Een culturele functie vindt men het meest geschikt, in het centrum iets meer dan in de dorpen (68% vs. 63%). Wonen vindt men iets geschikter voor de dorpen dan voor het centrum (29% vs. 23%). Een maatschappelijke functie zoals het Leger des Heils, soepkeuken, opvang daklozen/asielzoekers/etc., dokterspost, vinden de respondenten in zowel het centrum als de dorpen vrij goed passen (respectievelijk 61% en 62%). Een kleine groep (5-7%) geeft aan dat zij vinden dat een kerkgebouw geen nieuwe functie moeten krijgen.

Kijken we naar gebiedsdeel, dan zien we dat vooral respondenten uit Centrum een culturele functie passend vinden bij een kerkgebouw. Dit geldt voor zowel een kerk in het centrum als een kerk in de buurten of dorpen. Bij de woonfunctie valt op dat respondenten uit Ten Boer dit minder passend vinden, voor zowel centrum als buurten en dorpen.

Bij de leeftijdsgroepen valt op dat de passendheid van een nieuwe maatschappelijke functie afneemt met leeftijd. Dit geldt zowel voor een kerkgebouw in het centrum als in de buurten en dorpen. Voor een kerkgebouw in het centrum is het verschil het grootst; 72% van de respondenten tot 30 jaar vindt hiervoor een maatschappelijke functie passend. Van de 75-plussers is dit 55%. Hetzelfde geldt voor de geschiktheid van horeca in een kerkgebouw. Vooral 75-plussers zien hier weinig heil in (centrum: 12%, wijken/dorpen: 15%).

Tot slot vinden respondenten die de kerk voor religie/zingeving bezoeken, minder vaak horeca passend in een kerkgebouw. Een maatschappelijke functie vinden zij juist iets vaker passend (68% in het centrum, 69% in de dorpen/buurten).

Figuur 7: Welk type activiteiten zou u het meest passend vinden wanneer een kerkgebouw in het centrum van de stad/in de dorpen van de gemeente Groningen een nieuwe functie krijgt?

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

  centrum (n=4.548) dorpen/buurten (n=4.380)
Cultureel: podium of expositieruimte 68% 63%
Maatschappelijke functie 61% 62%
Horeca 25% 26%
Wonen 23% 29%
Het maakt mij niet uit,
als het gebouw maar blijft bestaan
11% 12%
Winkel 7% 6%
Kantoor 2% 2%
Liever slopen en iets nieuws bouwen 2% 2%
Niet van toepassing, ik vind niet dat
kerkgebouwen een nieuwe functie moeten krijgen
7% 5%

2.4 Functies van kerken

We vroegen de respondenten welke huidige functies van een kerkgebouw voor hen het belangrijkst zijn. Daarbij zegt 8% dat een kerkgebouw niet voor hen van belang is. Van de overige groep stelt 86% de kerk als historisch erfgoed het belangrijkst te vinden (Figuur 8). Daarnaast vindt de helft de bezienswaardigheidsfunctie van belang en een derde de religieuze functie.

We zien dat vooral de oudste leeftijdsgroep (75+) aangeeft de religieuze functie van een kerk het belangrijkst te vinden (43%). De middelste leeftijdsgroepen (30-74 jaar) vinden vaker dan jongeren en ouderen de toeristische functie belangrijk. 

Figuur 8: Welke van onderstaande functies van een kerkgebouw zijn voor u het belangrijkst? (n=4.188)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Wat %
Historisch erfgoed: markering
van onze geschiedenis
86%
Toeristisch/bezienswaardigheid 50%
Religieus 36%
Plek voor afscheids- en trouwdiensten 32%
Plek van bezinning, rust, kalmte 25%
Ontmoetingsplek 20%
Plek van verhalen en herinneringen 16%
Anders, namelijk: 4%

Maximaal drie antwoorden mogelijk

Toegankelijkheid en betrokkenheid

We legden de respondenten een drietal stellingen voor over de toegankelijkheid en betrokkenheid bij kerken (Figuur 9). Bijna acht van de tien respondenten zijn het (helemaal) eens met de stelling ‘een kerkgebouw moet een plek voor iedereen zijn’. Toch voelen een stuk minder respondenten zich welkom in een kerkgebouw (58% (helemaal) mee eens). Een derde kiest de optie ‘neutraal’ bij deze stelling. Twee derde zou het erg vinden als het kerkgebouw in hun buurt gesloopt wordt.

We zien dat respondenten die het afgelopen jaar een kerk bezochten als uiting van geloof/zingeving, het vaker met de drie stellingen eens zijn. Dat geldt vooral voor ‘ik voel mij welkom in een kerkgebouw’ (90% vs. 53%) en ‘ik zou het erg vinden als het kerkgebouw in mijn buurt gesloopt zou worden’ (89% vs. 62%). Respondenten die in gebiedsdeel Centrum wonen zouden het vaker erg vinden dat een kerkgebouw in hun buurt gesloopt wordt dan respondenten uit andere gebiedsdelen (84% (helemaal) mee eens t.o.v. 66% totaal). Vooral respondenten uit gebiedsdeel Ten Boer voelen zich welkom in een kerk (76% (helemaal) mee eens t.o.v. 59% totaal). 

Figuur 9: In hoeverre bent u het eens met onderstaande stellingen?

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

  Helemaal niet mee eens Niet mee eens Neutraal Mee eens Helemaal mee eens
Ik voel mij welkom in een kerkgebouw (n=4.433) 2% 6% 33% 41% 18%
Ik zou het erg vinden als het kerkgebouw
in mijn buurt gesloopt wordt (n=4.496)
6% 8% 20% 31% 35%
Een kerkgebouw moet een
plek voor iedereen zijn (n=4.575)
2% 4% 15% 38% 41%

2.5 Wederopbouwkerken

In Groningen zijn er veel kerkgebouwen van het type ”wederopbouw”. Op dit moment worden deze wederopbouwkerken vaak weinig gewaardeerd door het publiek, waardoor ze een groter risico lopen op sloop. Wederopbouwkerken zijn gebouwd tussen 1940 en 1970. Ze worden gekenmerkt door een niet-traditionele architectuur, prominente ligging en vaak nieuwe bouwmaterialen, zoals beton. Zie Figuur 11 voor een voorbeeld van een wederopbouwkerk in de gemeente Groningen, de Stadsparkkerk. We vroegen de respondenten in hoeverre zij het belangrijk vinden dat er kerkgebouwen van het type ‘wederopbouw’ bestaan blijven in de gemeente Groningen. De meningen zijn hierover verdeeld (zie Figuur 10). Van de respondenten vindt 46% het een beetje of heel belangrijk dat dit type kerken blijft bestaan. Bijna een kwart vindt dit juist helemaal niet of niet echt belangrijk. Nog eens een vijfde is hierover neutraal.

Jongere respondenten vinden het minder belangrijk dan oudere respondenten dat er wederopbouwkerken blijven bestaan. Van de groep tot 40 jaar vindt een derde en van de 40-plussers vindt de helft het een beetje/heel belangrijk dat er kerken van het type wederopbouw blijven bestaan. Respondenten die het afgelopen jaar een kerk bezochten, vinden het vaker belangrijk dat wederopbouwkerken blijven bestaan (56% vs. 34%). 

Figuur 10: In hoeverre vindt u het belangrijk dat er kerkgebouwen van het type ‘wederopbouw’ bestaan blijven in de gemeente Groningen? (n=4.545)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

ant Helemaal niet belangrijk Niet echt belangrijk Neutraal Beetje belangrijk Heel belangrijk
% 13% 20% 21% 24% 22%
Figuur 11: Voorbeeld Wederopbouwkerk: Stadsparkkerk Groningen (foto: Henk Tammens)

2.6 Participatie

Er zijn een aantal vragen gesteld over in hoeverre respondenten zouden willen participeren als er nieuwe activiteiten in een kerkgebouw georganiseerd worden. Aan de respondenten werd het volgende scenario voorgelegd:

“Stel, het kerkbestuur van een kerkgebouw bij u in de buurt wil onderzoeken hoe het gebouw breder gebruikt kan worden. Naast de reguliere dienst wil het kerkbestuur graag activiteiten organiseren met en voor de wijk of het dorp. In hoeverre zou u openstaan voor het meedenken over en/of meewerken aan de nieuwe activiteit in het kerkgebouw?”

Hierop antwoordt slechts een klein deel dat zij zouden willen participeren (Figuur 12). Zeventien procent zou waarschijnlijk of zeker wel mee willen denken over de invulling van de nieuwe activiteiten. Tien procent zou waarschijnlijk of zeker wel als vrijwilliger mee willen werken aan de organisatie van de nieuwe activiteit. Ruim de helft zou niet willen meedenken (56%) en bijna twee derde zou niet willen vrijwilligen (62%).

Kijken we naar achtergrondkenmerken, dan zien we dat vooral de oudere leeftijdsgroepen (65-plus) aangeven mee te willen denken (22% waarschijnlijk/zeker). Ook in de gebiedsdelen Ten Boer (33%), Centrum (23%) en Haren (21%) is de bereidheid om mee te denken wat hoger. Respondenten uit deze gebiedsdelen zouden ook iets vaker als vrijwilliger willen meewerken. Respondenten die het afgelopen jaar een kerk bezochten, zeggen vaker mee te willen denken of werken dan respondenten die dat niet deden.

Figuur 12: In hoeverre zou u openstaan voor het meedenken over en/of meewerken aan de nieuwe activiteit in het kerkgebouw? (n=4.684)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

  Zou ik niet willen Zou ik misschien wel willen Zou ik waarschijnlijk wel willen Zou ik zeker wel willen
Als vrijwilliger meewerken aan de organisatie
van de nieuwe activiteit in het kerkgebouw
62 28 7 3
Meedenken met het kerkbestuur over de invulling
van de nieuwe activiteiten in het kerkgebouw
56 27 11 6

Betrekken bij nieuwe functie

Daarnaast is gevraagd of respondenten betrokken zouden willen worden wanneer een kerkgebouw bij hen in de buurt een nieuwe functie krijgt. Zeventig procent zou op een manier betrokken willen worden, dertig procent niet (figuur 13). De grootste groep zou geïnformeerd willen worden (40%), 8% zou mee willen beslissen.

Respondenten in de oudste leeftijdsgroep (75+) geven het vaakst aan dat ze niet betrokken zouden willen worden (37%). De jongste leeftijdsgroep zou het vaakst wel betrokken willen worden (77%). Ook respondenten uit gebiedsdeel Centrum zouden vaak betrokken willen worden (82%). Voor respondenten uit Oost, West en Zuid geldt dat wat minder. Verder is er ook verschil te zien tussen respondenten die het afgelopen jaar een kerkgebouw bezochten en die dat niet deden. Van de eerste groep zou 80% betrokken willen worden, van de tweede groep 57%. Ook een groot deel van de respondenten die de kerk vanwege religieuze redenen bezocht, wil betrokken worden (90%).

Figuur 13: Zou u betrokken willen worden wanneer een kerkgebouw bij u in de buurt een nieuwe functie krijgt? Zo ja, op wat voor manier? (n= 4.362)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Ant %
Ja, ik zou geïnformeerd willen worden 40%
Ja, ik zou mijn mening willen geven 22%
Ja, ik zou willen meebeslissen 8%
Nee 30%

Meerdere antwoorden mogelijk

De redenen waarom respondenten niet betrokken zouden willen worden, zijn voornamelijk dat ze zich niet betrokken voelen bij de kerk (48%) en dat ze geen interesse hebben (43%). Een kwart zegt hier geen tijd voor te hebben.

Figuur 14: U geeft aan dat u niet betrokken wil worden als een kerkgebouw bij u in de buurt een nieuwe functie krijgt. Waarom niet? (n=1.286)

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Wat %
Ik voel me niet betrokken bij de kerk 48%
Geen interesse 42%
Geen tijd 23%
Mijn gezondheid staat het niet toe 7%
Er zijn geen kerkgebouwen dicht
bij mij in de buurt
7%
Anders, namelijk: 5%

Meerdere antwoorden mogelijk