2 Analyse

We hebben de respondenten gevraagd wat voor informatie zij vooral zoeken als zij informatie willen hebben over de wijk (zie Figuur 5). Bij deze vraag was het mogelijk om meerdere antwoorden te geven. Respondenten zoeken voornamelijk naar informatie over verkeer, zoals wegwerkzaamheden en parkeerinformatie (62%). Daarnaast zoekt meer dan de helft van de respondenten naar informatie over activiteiten in de wijk. Voor de overige categorieën geeft ongeveer een derde van de respondenten aan dat ze naar dit type informatie op zoek zijn. Naar informatie over energie besparen en duurzaamheid wordt het minst gezocht (28%).

Verschillende bewonersgroepen hebben verschillende behoeftes. Hierdoor kan het zijn dat verschillende bewonersgroepen ook op zoek zijn verschillende soorten informatie over de wijk. Figuur 6 laat zien naar welk type informatie respondenten uit verschillende leeftijdsgroepen op zoek zijn. 

Opvallend is dat respondenten met een leeftijd tussen de 18 en 44 jaar een stuk minder vaak op zoek zijn naar informatie over hoe men samenwerkt voor een leefbare wijk (<23%) dan oudere leeftijdsgroepen. Dit geldt ook voor het opzoeken van welke organisaties in de wijk actief zijn.
Informatie over bouwprojecten en sloopvergunningen wordt juist vaker opgezocht door oudere leeftijdsgroepen, maar juist minder door de oudste leeftijdsgroep.

In Figuur 7 is dezelfde vraag over type informatie uitgesplitst voor De Wijert-Noord en De Wijert-Zuid. Verhoudingsgewijs geven respondenten uit beide buurten vrij vergelijkbare antwoorden op de vraag over het type informatie die ze zoeken. Wel is te zien dat respondenten uit De Wijert-Zuid (64%) vaker aangeven op zoek te zijn naar informatie over bouwprojecten en sloopvergunningen dan in De Wijert-Noord (39%). Dit is mogelijk te verklaren uit het feit dat er relatief gezien meer eigen woningen zijn in De Wijert-Zuid en dus relatief meer huurwoningen (sociale huur en vrije sector) zijn in De Wijert-Noord (bron: Datawarehouse OIS).

Aan de respondenten die op zoek gaan naar informatie over activiteiten in de wijk hebben we gevraagd naar wat voor informatie ze precies zoeken (zie Figuur 8). Ze konden hierbij meerdere soorten activiteiten aangeven. Algemene activiteiten in de wijk wordt door het merendeel van de respondenten genoemd (80%). Creatieve activiteiten, muziekactiviteiten, denk- en spelactiviteiten en activiteiten voor kind(eren) worden telkens door ongeveer een kwart van deze respondenten genoemd als activiteit waar ze naar zoeken. Relatief weinig respondenten zoeken naar hoe ze zelf een activiteit op kunnen zetten (9%).

Om in kaart te brengen via welke kanalen de bewoners van De Wijert op zoek gaan naar informatie, hebben we de volgende vraag gesteld aan de respondenten: ‘Als je op zoek bent naar informatie over de wijk, waar ga je zoeken?’ Men kon hier meerdere antwoorden aanvinken. Het overgrote deel van de respondenten (73%) geeft aan online te zoeken naar informatie over de wijk. Ook traditionele papieren kanalen, zoals de wijkkrant en flyers, worden door een groot deel van de respondenten (60%) geraadpleegd voor informatie. Sociale netwerken worden minder vaak genoemd als bron van informatie (34%). Slechts een klein deel van de respondenten (7%) geeft aan helemaal geen informatie over de wijk te zoeken.

In Figuur 9 zijn de antwoorden op deze vraag opgesplitst naar leeftijdsgroep. Voornamelijk door respondenten met een leeftijd tussen de 28 en 74 jaar wordt er online gezocht naar informatie. Jongeren tot 27 jaar (48%) en respondenten van 75 jaar en ouder (52%) zoeken relatief minder vaak online naar informatie over de wijk. Respondenten van 75 jaar en ouder maken van alle leeftijdsgroepen het meest gebruik van papieren informatiebronnen (83%).

In de komende paragrafen gaan we dieper in op de manieren waarop respondenten informatie zoeken, waarbij we specifiek kijken naar de communicatiekanalen die worden gebruikt om informatie over de wijk te verspreiden. Deze gegevens splitsen we uit naar leeftijdsgroepen, om inzicht te krijgen in welke communicatiekanalen door de verschillende leeftijdsgroepen worden gebruikt. We beginnen met de online communicatiekanalen.

De website en/of sociale media van de gemeente wordt door de respondenten het meest gebruikt, en is met name populair onder jongeren tussen de 18 en 27 jaar (83%) (Figuur 10). Daarnaast gebruiken respondenten ook vaak de website/sociale media van bewonersorganisatie Platform De Wijert. De website en/of sociale media van Platform De Wijert is voornamelijk populair onder respondenten in de leeftijdscategorieën van 45 jaar en ouder (>60%; 18-27 jaar 42%; 28-35 jaar 36%). De overige communicatiekanalen worden door de respondenten minder vaak gebruikt. Het bereik van deze communicatiekanalen is voornamelijk laag bij de jongere leeftijdsgroepen.

Om naast de online communicatiekanalen ook inzicht te krijgen in gedrukte communicatiekanalen, vroegen we aan de respondenten waar zij kijken als ze papieren informatie willen vinden (Figuur 11). Van de gedrukte communicatiekanalen wordt de wijkkrant van Platform De Wijert het vaakst gebruikt. Ook flyers/posters in de wijk wordt door een relatief groot deel van de respondenten gekozen. Wat bij de wijkkrant van Platform De Wijert opvalt is dat het met name populair is onder respondenten tussen de 65 en 74 jaar oud (Figuur 11).

De Gezinsbode, de wijkgids en gerichte bewonersbrieven hebben een relatief minder groot bereik. Het gebruik van de Gezinsbode neemt toe naarmate de leeftijd van de respondenten toeneemt (18-27 jaar 7%; 75+ 62%). Ook de wijkgids lijkt populairder te zijn onder oudere leeftijdsgroepen.

Naast online en gedrukte communicatiekanalen kunnen inwoners ook informatie over de wijk krijgen door hun eigen sociale netwerk. Hierom vroegen we aan de respondenten ‘Als je via bewoners op zoek gaat naar informatie over de wijk, bij wie is dat dan?’ De resultaten hiervan worden weergegeven in Figuur 12. Allereerst blijkt uit de totaalcijfers dat sociale netwerken minder geraadpleegd worden dan online en gedrukte.

Het grootste deel van de respondenten geeft aan informatie over de wijk te zoeken bij buren of iemand uit hun straat. Daarnaast gaat een relatief grote groep respondenten op zoek naar informatie bij iemand van een bewoners- of vrijwilligersorganisatie.

Wanneer onderscheid wordt gemaakt in leeftijd, zoals in Figuur 12 wordt weergegeven, valt op dat alle leeftijdsgroepen het vaakst buren of iemand uit hun straat raadplegen voor informatie (>71%).

Om een algemener beeld te krijgen over het gebruik van sociale media stelden we aan de respondenten de vraag welke sociale media zij gebruiken (Figuur 13). Meer dan de helft van de respondenten gebruikt Facebook als sociale mediakanaal. Instagram komt op een tweede plek met 44%. Daarnaast geeft 22% van de respondenten aan dat ze geen sociale media gebruiken. X wordt relatief weinig gebruikt (13%), net zoals Nextdoor (2%).

Wanneer onderscheid wordt gemaakt naar leeftijd valt op dat het gebruik van Instagram en X afneemt, terwijl de leeftijd van de respondenten toeneemt. Zo gebruikt 76% van de respondenten tussen de 18-27 jaar Instagram, in vergelijking met 17% van de respondenten met een leeftijd van 75 jaar en ouder. Onder de respondenten die aangeven geen sociale media gebruiken, is het percentage 75-plussers het hoogst (48%; 18-27 jaar 8%).

Respondenten zijn overwegend positief over het plaatsen van een digitaal informatiebord bij het winkelcentrum. 77% van de respondenten (n=331) vindt het een goed idee om een digitaal informatiebord te plaatsen met daarop informatie over activiteiten of wegwerkzaamheden. Dit zou dus mogelijk een geschikte manier zijn om informatie te communiceren naar bewoners. Het kan echter niet met zekerheid worden gezegd dat het uiteindelijke gebruik van een dergelijk digitaal informatiebord in de praktijk gelijk is aan het aandeel respondenten die het een goed idee vindt om een informatiebord te plaatsen.

85% van de 309 respondenten geeft aan geen behoefte te hebben aan informatie over de wijk in een andere taal dan het Nederlands. Het overige deel van de respondenten (15%) geeft aan hier wel behoefte aan te hebben. Dit betekent dat een deel van de bewoners mogelijk (gedeeltelijk) wordt uitgesloten van de informatievoorziening over de wijk. Bovendien is het waarschijnlijk dat bewoners die geen Nederlands begrijpen ook niet hebben deelgenomen aan de enquête, die alleen in het Nederlands is aangeboden. Hierdoor konden deze bewoners niet aangeven dat ze behoefte hebben aan informatie in een andere taal.

Aan de 45 respondenten die aangaven informatie in een andere taal te willen ontvangen, is gevraagd naar hun voorkeurstaal. Engels wordt het vaakst genoemd (62%) daarna volgt Arabisch (22%). In de ‘’anders, namelijk..’’ categorie worden ook voornamelijk Engels en Arabisch genoemd.

Ten slotte vroegen we respondenten hoe tevreden zij zijn over informatie in De Wijert. Respondenten geven de informatievoorziening in de wijk gemiddeld een 7.1.

Er lijkt een verschil te zijn in hoe de informatievoorziening wordt beoordeeld tussen bewoners van De Wijert-Noord en De Wijert-Zuid. Gemiddeld geven bewoners van De Wijert-Noord de informatievoorziening een 7,4, terwijl bewoners van De Wijert-Zuid gemiddeld een 6,8 geven. Dit suggereert dat bewoners van De Wijert-Noord over het algemeen positiever zijn over de informatievoorziening dan die van De Wijert-Zuid. Verschillende factoren kunnen hierbij een rol spelen, zoals verschillen in communicatie-initiatieven tussen de buurten of de samenstelling van de bevolking. Om dit beter te duiden laten we in tabel 1 het gemiddelde cijfer zien voor de verschillende leeftijdsgroepen. Er zit weinig verschil tussen leeftijdsgroepen.