Toegankelijkheid

Wat vinden panelleden van de toegankelijkheid en bereikbaarheid van verschillende plekken en ruimtes binnen de gemeente? De respondenten konden een cijfer geven voor hun ervaringen met vijf verschillende onderwerpen. Het hoogst scoort de toegankelijkheid van openbare gebouwen (7,7) (figuur 2). ‘De bereikbaarheid van bestemmingen die voor u belangrijk zijn’ krijgt een 7,2, gevolgd door de toegankelijkheid van de informatie van de gemeente (7,1). De mate waarin inwoners met een beperking of langdurige ziekte erbij horen in de buurt scoort duidelijk het laagst (6,4). Opvallend is hierbij dat de helft van de respondenten bij dit aspect ‘weet niet’ invulden. Deze respondenten zijn niet meegeteld in de gemiddeldes.

Figuur 2: Wilt u een rapportcijfer geven voor uw ervaringen in de gemeente Groningen op de volgende onderwerpen?

Wilt u een rapportcijfer geven voor uw ervaringen in de gemeente Groningen op de volgende onderwerpen? (Als uw ervaringen met het onderwerp positief zijn, dan geeft u een hoge score. Als uw ervaringen negatief zijn, dan geeft u een lage score.)	huishouden met persoon met beperking	totaal
De mate waarin inwoners met een beperking of langdurige ziekte erbij horen in de buurt (n=2.432)	6,4	6,4
De toegankelijkheid van de openbare ruimte, zoals trottoirs, pleinen en parken (n=4.721)	6,4	6,8
De toegankelijkheid van de informatie van de gemeente (n=4.512)	7,0	7,1
De bereikbaarheid van bestemmingen die voor u belangrijk zijn. (n=4.705)	6,7	7,2
De toegankelijkheid van openbare gebouwen (n=4.441)	7,4	7,7

Tevredenheid huishouden met beperking

We vroegen aan de respondenten of iemand in hun huishouden een beperking of langdurige ziekte heeft. Eén op de vijf respondenten geeft aan dat dit zo is. Het vaakst komt een fysieke beperking en/of een langdurige ziekte (beide 40%) voor. Respondenten die zelf een ziekte of beperking hebben of waarvan een huisgenoot dit heeft, geven bij bijna alle aspecten gemiddeld een lager cijfer. Het grootste verschil is te zien bij de bereikbaarheid van bestemmingen. Alleen bij de mate waarin inwoners met een beperking erbij horen in de buurt oordelen zij gelijk aan respondenten zonder beperking.

Vervolgens werd aan respondenten die zelf of een huisgenoot met een beperking of ziekte hebben gevraagd wat vooral een probleem vormt voor degene met een beperking. Hierbij geeft een vijfde aan dat er geen problemen voor hen zijn. Bijna de helft zegt problemen te hebben met oneffen stoepen en wegdek en 44% met stoepen die worden geblokkeerd (figuur 3). Voor een derde zijn traptreden en stoepranden een moeilijkheid. Bij ‘anders namelijk’ geven respondenten antwoorden die hieraan relateren, zoals bouwverkeer in de straat, beperkte bereikbaarheid van het centrum en beperkt OV. Ook worden onoverzichtelijke verkeerssituaties en slechte luchtkwaliteit genoemd. Meerdere respondenten lopen aan tegen de beperkte (fiets)parkeermogelijkheden in het centrum, waardoor het voor hen lastiger is om te winkelen.

Figuur 3: Wat vormt vooral een probleem voor u, uw kind en/of uw partner met een beperking? (n=745)

Probleem	Percentage
Er zijn geen problemen voor mij/ons	21%
Oneffen stoepen en wegdek	48%
Stoepen die worden geblokkeerd	44%
Traptreden en stoepranden	32%
Gebrek aan acceptatie en begrip door andere mensen	21%
Onduidelijke inrichting van de openbare ruimte	11%
Toegankelijkheid van informatie	11%
Anders, namelijk	12%

Het chaotische fietsverkeer in Groningen. Daardoor voelt mijn zoon zich niet veilig op de fiets.

Waar je fiets parkeren als je minder mobiel bent. Alleen in de aangegeven vakken/ fietsgarages leidt ertoe dat je verder moet lopen. Als dat een probleem is, dan neemt de mobiliteit uiteindelijk af (met de fiets/lopend de winkels bereiken is dan niet mogelijk).

Onbereikbaarheid van plaatsen die ik zou willen bereiken. Gebrek aan invalideparkeerplekken in het centrum.

3 Toegankelijkheid