Inleiding
Inleiding
Jaarlijks per 1 april voert de gemeente in landelijk verband het werkgelegenheidsonderzoek uit. Het aantal banen op de peildatum is inclusief ‘hybride werkenden’.
Dit rapport beschrijft de ontwikkeling van het aantal vestigingen en de werkgelegenheid binnen de gemeente Groningen, uitgesplitst op basis van verschillende kenmerken. Een baan wordt bepaald aan de hand van de definitie, zoals gebruikt door het Landelijk Informatiesysteem van Arbeidsplaatsen (LISA): ‘een persoon die betaalde activiteiten verricht op of vanuit de vestiging’. Eén persoon kan dus meerdere banen hebben. De economische activiteit van vestigingen wordt geclassificeerd aan de hand van de Standaard Bedrijfsindeling (SBI 2008 – versie 2018) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De SBI is een hiërarchische indeling van economische activiteiten.
Sinds 1 januari 2022 kunnen eenpersoonsvestigingen het bezoekadres van hun vestiging afschermen bij de Kamer van Koophandel, als gevolg daarvan zijn deze vestigingen gevestigd op een postbus, of op een adres buiten de gemeente in het Vestigingenregister.
We gaan in op de meerjarige ontwikkeling van de werkgelegenheid en de bedrijvendynamiek. De cijfers over de werkgelegenheid komen voort uit het jaarlijkse integrale werkgelegenheidsonderzoek dat de gemeente Groningen in landelijk verband uitvoert.
De bedrijvendynamiek wordt bepaald door binnengemeentelijke verhuizingen, bedrijfsoprichtingen en -opheffingen van vestigingen. De informatie hierover komt uit het vestigingenregister van de gemeente Groningen. De rapportage heeft uitsluitend betrekking op actieve bedrijven van waaruit een economische activiteit of zelfstandig (vrij) beroep wordt uitgeoefend door ten minste één werkzaam persoon.
Van bedrijven met twee of meer werknemers is de respons 73,3 procent. Voor eenpersoonsvestigingen is de respons 20,4 procent. Bij non-respons zijn de werkgelegenheidsgegevens afkomstig uit secundaire bronnen, zoals de Kamer van Koophandel, jaarverslagen of websites.
Om een zo betrouwbaar mogelijk beeld te geven, worden bij het werkgelegenheidsonderzoek cijfers met terugwerkende kracht gecorrigeerd in het geval van nieuwe informatie. De cijfers in dit rapport kunnen daarom licht afwijken van die uit voorgaande jaren.
Leeswijzer
In dit rapport presenteren we de cijfers voor de gemeente Groningen. Alleen in de tabel 2.1.1 staan de cijfers uitgesplitst naar de voormalige gemeenten (Haren, Ten Boer en Groningen).
In dit rapport wordt onder banen het vaste personeel inclusief ingeleende uitzendkrachten verstaan, tenzij anders vermeld.
Waar uitzendkrachten apart vermeld worden betreft dit ingeleende uitzendkrachten.
De urengrens voor de bepaling van voltijd- en deeltijdbanen ligt op 12 uur per week.
Onder autonome ontwikkeling verstaan we de ontwikkeling van banen bij vestigingen die op beide peilmomenten in de gemeente aanwezig zijn.
In hoofdstuk 2 gaan we in op de meerjarige ontwikkeling van het aantal banen en vestigingen, uitgesplitst naar de kenmerken: grootteklasse, economische activiteit en locatie. Ook is er aandacht voor de verdeling naar geslacht en arbeidsduur van de werkende personen, de openstaande vacatures en de toekomstverwachting van bedrijven met betrekking tot de werkgelegenheid.
Hoofdstuk 3 behandelt de bedrijvendynamiek binnen de gemeente Groningen. De dynamiek wordt uitgesplitst in bedrijfsoprichtingen, -opheffingen en binnengemeentelijke verhuizingen.
In hoofdstuk 4 gaan we dieper in op de ontwikkeling van vestigingen binnen de Diepenring. We kijken naar het type adres waar de vestigingen zich bevestigd. Daarnaast kijken we naar de ontwikkeling binnen bepaalde secties in de loop van de tijd.
Verklaring van de tekens in de tabellen:
| Abs. | = absolute ontwikkeling van 1 april 2022 tot 1 april 2023 |
| Proc. | = procentuele ontwikkeling van 1 april 2022 tot 1 april 2023 |
| x | = geheim |
| Niets (blank) | = cijfer kan op logische gronden niet voorkomen |
| . | = komt niet voor |
| 2022 - 2023 / '22 - '23 | = 1 april 2022 tot 1 april 2023 |