Spring naar inhoud

Toegankelijkheidsopties:

Conclusie

Conclusie (titel verborgen)

Op basis van de bevolkings- en huishoudensprognoses voor de gemeente Groningen kunnen enkele belangrijke demografische trends en ontwikkelingen worden geïdentificeerd die de stad de komende decennia zullen beïnvloeden. Tussen 2024 en 2044 wordt een toename van ruim 39.000 inwoners verwacht. De bevolkingsgroei wordt voornamelijk gedreven door netto buitenlandse migratie en een sterke woningbouwproductie. Groningen blijft aantrekkelijk voor een diverse groep mensen, zoals studenten, jonge professionals en ouderen die zelfstandig willen wonen. De verwachte groei in het aantal inwoners betekent ook dat de demografische samenstelling van de bevolking zal veranderen, wat nieuwe uitdagingen met zich meebrengt.

Groei en krimp

Hoewel de totale bevolking van Groningen groeit, zullen de veranderingen binnen de wijken sterk variëren. Wijken zoals Meerdorpen e.o. en Meerstad zullen de belangrijkste groeigebieden worden voor jonge gezinnen. Dit blijkt uit de bevolkingsopbouw in 2043, waarin een hoog aandeel jongeren en jongvolwassenen wordt verwacht (bijvoorbeeld 25,8% jonger dan 20 jaar in Meerdorpen e.o.). Deze aantrekkingskracht wordt versterkt door een hoge woningbouwproductie en het relatief hoge geboortecijfer in deze wijken. Daarentegen zullen andere wijken, zoals Hoogkerk e.o. en Noordoost, te maken krijgen met bevolkingskrimp. De afname in deze wijken wordt deels verklaard door een daling in het aantal jongeren en jongvolwassenen, evenals een beperkte woningbouwproductie.

Het centrum van Groningen zal vooral populair blijven bij jongeren en jong volwassenen, met bijna 63% van de inwoners in de leeftijdsgroep 20 tot 34 jaar in 2043. De populariteit van het centrum benadrukt de aantrekkingskracht van de stad voor jonge volwassenen. In de buitenwijken, zoals Glimmen, Onnen en Noordlaren, zal de vergrijzing toenemen, met ongeveer een derde van de bevolking die ouder zal zijn dan 65 jaar in 2043.

Bevolkingsgroei en migratie

De bevolkingsgroei in Groningen volgt grotendeels landelijke trends, zoals de toename door woningbouwproductie en buitenlandse migratie (CBS, 2022). Net als landelijk trekken nieuwbouwlocaties en groene randgebieden jonge gezinnen aan, terwijl wijken met minder nieuwe woningen te maken krijgen met krimp (PBL, 2018). De vergrijzing in buitenwijken weerspiegelt landelijke patronen (CBS, 2016), maar de instroom van studenten en starters houdt Groningen relatief jong. Migratie blijft een belangrijke motor achter de bevolkingsgroei. Binnenlandse migratie lijkt wat op te leven na 2023, hoewel fluctuaties in het saldo afhankelijk zijn van de woningbouwproductie. Buitenlandse migratie, die de afgelopen jaren schommelde, wordt verwacht te stabiliseren vanaf 2028, wat de demografische groei in Groningen enigszins afvlakt. Deze ontwikkelingen in migratie versterken de diverse samenstelling van de stad.

Demografische verschuiving: vergrijzing van de bevolking

Een van de meest opvallende demografische verschuivingen die uit de prognoses blijkt, is de vergrijzing van de bevolking. Terwijl de stad Groningen momenteel nog een relatief jonge bevolkingsopbouw heeft, zal het aantal ouderen de komende twintig jaar sterk toenemen. Dit is zichtbaar in de stijging van de ‘grijze druk’ (het aandeel ouderen in de bevolking), die naar verwachting een grotere rol zal spelen in het zorglandschap van de stad. De ‘groene druk’ (het aandeel jongeren) zal daarentegen afnemen, vooral door een afname van het aantal jongeren en kinderen. De natuurlijke bevolkingsgroei, die de afgelopen jaren positief was, zal na 2035 omslaan naar een daling. Dit betekent dat er meer sterfgevallen dan geboorten zullen zijn, wat de vergrijzing verder zal versterken. Dit volgt de landelijke trend van een toenemende oudere bevolking, zoals ook wordt voorspeld voor heel Nederland (CBS, 2023).

Demografische verschuiving: verandering in huishoudenssamenstelling

Een andere belangrijke ontwikkeling in Groningen is de verandering in de huishoudenssamenstelling. Het aantal huishoudens zal tussen 2024 en 2044 met ongeveer 43.300 toenemen, een stijging van 29%, terwijl de gemiddelde huishoudgrootte verder zal afnemen naar 1,61 personen in 2044. De groei wordt vooral gedreven door de toename van eenpersoonshuishoudens, die in 2044 meer dan 60% van het totaal zullen uitmaken.

Landelijk is er onderzoek gedaan naar de veranderende gezinsstructuren. De toename van eenpersoonshuishoudens is deels te verklaren door het dalende geboortecijfer, wat resulteert in kleinere gezinsstructuren en dus meer huishoudens waarin volwassenen alleen wonen of samen met een partner zonder kinderen. Daarnaast kiezen steeds meer stellen ervoor om zonder kinderen te leven, beïnvloed door factoren zoals persoonlijke voorkeuren, economische overwegingen (zoals de hoge kosten van kinderopvoeding) en de nadruk op carrière en persoonlijke ontwikkeling (CBS, 2023; Van Duin & Feijten, 2023). Ook de vergrijzing (CBS, 2023) en de zelfstandigheid waar ouderen vaak voor kiezen (PBL, 2019), dragen bij aan de stijging van het aantal eenpersoonshuishoudens. In Groningen komt de groei van eenpersoonshuishoudens nog sterker naar voren dan landelijk, mogelijk door de aantrekkingskracht van de stad op jonge volwassenen, studenten en ouderen die zelfstandig willen wonen. Tegelijkertijd blijft het aantal gezinnen met kinderen toenemen, zij het in bescheiden mate, wat een blijvende, maar verschuivende rol van het gezinsleven in de stad lijkt te  benadrukken.

Implicaties voor beleid

De groei van het aantal huishoudens en de vergrijzing van de bevolking brengen zowel kansen als uitdagingen met zich mee voor de gemeente Groningen. Het woningbouwbeleid kan inspelen op de toenemende vraag naar kleinere woningen voor eenpersoonshuishoudens, evenals op de behoeften van gezinnen en stellen zonder kinderen. Ook de vergrijzing vraagt om gerichte maatregelen, zoals het verbeteren van de infrastructuur en zorgvoorzieningen voor ouderen, die naar verwachting een groter aandeel van de bevolking zullen vormen. Daarnaast is het belangrijk om rekening te houden met de diversiteit tussen wijken. Wijkgerichte beleidsmaatregelen kunnen helpen om bevolkingskrimp tegen te gaan, bijvoorbeeld door jonge gezinnen en starters aan te trekken met aantrekkelijke woonomgevingen in wijken waar krimp te verwachten valt. Tot slot kan een evenwichtige ontwikkeling van woningbouwprojecten, die tegemoetkomt aan de uiteenlopende behoeften van verschillende bevolkingsgroepen en huishoudens, belangrijk zijn om van Groningen een toekomstbestendige stad te maken. Het combineren van deze maatregelen zal kunnen bijdragen aan een leefbare stad die aantrekkelijk blijft voor een diverse en veranderende bevolking.