Gesprekken met de consulenten
Titel verborgen
In dit onderdeel gaan we dieper in op de gesprekken met de consulenten. Onderwerpen van gesprek daarbij zijn de mogelijke belemmeringen die mensen ervaren bij de overgang vanuit de bijstand naar betaald werk.
We richten ons op drie invalshoeken: 1. wat zijn de ervaringen van de (voormalige) bijstandsgerechtigden, 2. hoe zien de consulenten hun eigen inbreng en mogelijkheden en 3. welke rol speelt de organisatie/gemeente. Concreet zijn de gespreksonderwerpen:
- Welke belemmeringen ervaren bijstandsgerechtigden bij de uitstroom naar werk?
- Hoe zou je die belemmeringen zoveel mogelijk kunnen opheffen?
- Welke rol speelt de organisatie (gemeente) – of zou deze moeten spelen – in dit proces?
2.1 Belemmeringen ervaren door bijstandsgerechtigden
Waar lopen bijstandsgerechtigden tegenaan of zien ze tegenop bij de overgang naar betaald werk? Volgens de consulenten zijn dat vooral de angst voor de financiële gevolgen en de onzekerheid met betrekking tot de toekomst.
Financiële gevolgen
Mensen met een bijstandsuitkering zijn bang voor de financiële gevolgen als ze aan het werk gaan. Ze denken financiële voordelen kwijt te raken zoals toeslagen en kwijtscheldingen. De toeslagenaffaire is iets wat mensen nog helder voor de geest staat. Daar is duidelijk geworden hoe makkelijk mensen in de schulden komen als bepaalde toeslagen geheel of gedeeltelijk verdwijnen, al dan niet door in de fout gaande instanties. In de bijstand hebben (ervaren) potentiële uitstromers een bepaalde vorm van zekerheid.
Onzekerheid
Daarnaast speelt onzekerheid een rol. Vooral mensen die al langere tijd in de bijstand zitten, hebben hier last van. Hierbij spelen vragen als: ‘Loont werken wel? Staat er genoeg tegenover?’ en Zal ik mijn vrije tijd niet te veel missen? Daarnaast speelt ook de omgeving een rol en de onzekerheid of het werk past bij de wensen en verwachtingen van de bijstandsgerechtigde.
De consulenten geven aan dat het in veel situaties daadwerkelijk ook nauwelijks loont om te gaan werken. Dit hangt af van het salaris, de gezinssamenstelling, het aantal uren dat iemand gaat werken en het mogelijk kwijtraken van toeslagen. De angst om er uiteindelijk niet financieel op vooruit te gaan, is vaak gegrond.
Komt het allemaal goed?
Bij een niet volledige uitstroom uit de bijstand moeten klanten hun salaris doorgeven. Hier loopt het vaak mis, zowel bij het aanleveren als bij het verwerken van die gegevens. Als de uitkering wel is stopgezet en het salaris soms pas na twee maanden wordt uitbetaald, ontstaat er een inkomensvacuüm. Hierdoor kunnen mensen in de schulden komen, omdat ze de rekeningen gedurende die tijd niet kunnen betalen.
Ook wordt het mogelijk mislopen van de individuele inkomenstoeslag genoemd als psychologische drempel om te gaan werken. Als personen deze toeslag kwijtraken omdat ze meer dan één maand salaris hebben ontvangen, lopen ze geld mis. Bijstandsgerechtigden praten met elkaar. Juist de negatieve verhalen waarbij personen in de (financiële) problemen komen of er niet op vooruit gaan als ze gaan werken, worden doorverteld.
Jongeren
Een groep die door consulenten apart wordt genoemd, zijn de jongeren. Jongeren kunnen vaak wel aan het werk, maar hebben naast de hierboven al genoemde zaken meer dan anderen last van psychische belemmeringen. Dit is vooral tijdens de coronaperiode zichtbaar geworden: jongeren zijn depressief, worden weinig gestimuleerd en zitten vaak alleen op hun kamer. Een probleem is dat hulp voor psychische klachten lang op zich laat wachten; zo kan de wachttijd voor bijvoorbeeld een intercultureel psychiater oplopen tot een jaar.
2.2 De inbreng van de consulent
Wat kunnen consulenten doen bij het begeleiden van bijstandsgerechtigden naar werk? In hoeverre kunnen zij de angst voor financiële gevolgen en de onzekerheid bij klanten wegnemen? Het geven van informatie en het leveren van nazorg kunnen een belangrijke rol spelen.
Informatie
Er is op dit moment een tool in ontwikkeling (door Stimulansz) die aangeeft hoe het zit met de toeslagen, het (toekomstige) salaris en de bijstandsuitkering van personen die (betaald) gaan werken. Deze tool zou de onzekerheid en de angst voor financiële gevolgen bij de overgang naar betaald werk voor een deel kunnen wegnemen. Klanten kunnen met de tool zelf berekenen in hoeverre het loont om te gaan werken in plaats van in de bijstand te blijven.
Werk is meer dan geld
Het is volgens de consulenten ook belangrijk om te benadrukken dat werk meer inhoudt dan geld verdienen, zoals meer sociale contacten en een toegenomen eigenwaarde. Consulenten moeten dus meer de bijkomende voordelen van betaald werk benadrukken. Het sociale netwerk, de eigen ontplooiing, het hebben van structuur in je leven, de mogelijkheid om voor jezelf of een ander iets leuks te kunnen kopen: “Ik kon eindelijk weer eens een jas voor mezelf kopen”.
Nazrog
De consulenten geven aan dat nazorg gedurende een paar maanden een belangrijke bijdrage zou kunnen leveren bij het voorkomen van negatieve ervaringen bij de overgang van bijstand naar werk en/of het terugvallen in de bijstand. Met name zo’n terugval in de bijstand is heel slecht voor de moraal, waardoor het daarna nog moeilijker wordt om duurzaam uit te stromen.
Nazorg zou de vorm kunnen krijgen van een aanspreekpunt waar je als klant terecht kunt met allerlei vragen, zoals het juist invullen van formulieren, of het omgaan met wisselende inkomsten. Consulenten merken dat met name personen met vragen over inkomen op dit moment nergens terecht kunnen. Er is namelijk geen contactpersoon bij de dienst Inkomen die deze personen te woord kan staan. Ook de formulieren waarop je zaken over inkomen moet invullen, zijn niet eenduidig. Dit kan leiden tot negatieve ervaringen en demotivatie. Maatwerk wordt wel genoemd als een belangrijke factor, afgestemd op de behoefte van de persoon.
2.3 De rol van de organisatie/de gemeente
Hoe kan de gemeente helpen bij het makkelijker laten uitstromen van bijstandsgerechtigden? Met name meer afstemming tussen afdelingen en meer autonomie voor consulenten lijken belangrijk.
Meer afstemming
Ooit was aan elke klant een inkomensconsulent verbonden. De consulenten Werk en de medewerkers Inkomen werkten nauw samen, waardoor klanten sneller geholpen konden worden met vragen. Tegenwoordig worden klanten met vragen over inkomen doorverwezen naar de WIJ. Aan de WIJ is een inkomensconsulent verbonden. In de praktijk werkt deze aanpak minder goed volgens de consulenten. De inkomensconsulent kan vaak alle inkomende vragen niet aan, waardoor medewerkers van de WIJ op de eigen (soms onvoldoende) expertise en inzichten zijn aangewezen. Door de oude situatie te herstellen of door een specifieke nazorgconsulent aan te stellen, heeft de klant weer een eigen contactpersoon.
Meer autonomie
Consulenten zouden het prettig vinden als ze wat meer autonomie zouden hebben om budget in te zetten voor hun klanten. Bijvoorbeeld, als klanten na heel veel moeite na tweeënhalf jaar aan het werk gaan, dan hebben ze geen recht op Premie op Werk, aangezien dit pas na drie jaar in de bijstand van toepassing is. Volgens de consulenten zou hier flexibeler mee omgegaan moeten worden, wat er mogelijk voor zou kunnen zorgen dat er minder terugval in de bijstand ontstaat. Ook een budget dat ingezet zou kunnen worden bij kleine onvoorziene kosten (bijvoorbeeld reiskosten), zou voor verlichting kunnen zorgen. Door meer autonomie bij de consulenten neer te leggen, zouden deze klanten sneller kunnen bewegen naar de arbeidsmarkt en zouden ze net dat extra duwtje in de rug kunnen krijgen.