Bestedingen
6.1 Bestedingen per persoon per dag
Figuur 17 laat de bestedingen zien die de respondenten naar schatting op de dag van het interview hebben uitgegeven. Hier zijn alleen de respondenten meegenomen die ook daadwerkelijk geld hebben uitgegeven aan de activiteit/consumptie. De bestedingen in 2021 en 2023 zijn gecorrigeerd voor inflatie, waarbij 2019 als basisjaar is gebruikt. Gemiddeld is er per persoon op de dag van het interview in 2019 €37 uitgegeven, in 2021 €45 en in 2023 €48.
Uit de inflatie-gecorrigeerde analyse van uitgaven in de stad in 2019, 2021 en 2023 komen duidelijke trends naar voren. Zo blijven bestedingen aan horeca en markten stabiel, wat wijst op consistente basisuitgaven van bezoekers. Dagelijkse boodschappen vertonen een lichte daling, mogelijk door toegenomen budgetbewustzijn. Bij niet-dagelijkse aankopen en overnachtingen zien we echter een gestage stijging. Dit suggereert een hernieuwde vraag naar niet-essentiële goederen en een toegenomen interesse in verblijfsmogelijkheden, wat kan wijzen op een herstel in toerisme. De uitgaven voor vervoer in de stad en culturele uitgaven lieten een piek zien in 2021, waarschijnlijk door hogere transportkosten en de hervatting van culturele activiteiten na COVID-19. Overige uitgaven tonen een dalende trend, wat kan wijzen op een bewuster uitgavenpatroon.
Bezoekers lijken na de pandemie meer budget te besteden aan mobiliteit, toerisme en niet-dagelijkse aankopen, terwijl uitgaven aan basisbehoeften stabiel blijven. Dit wijst op een verschuiving in prioriteiten en een hernieuwde interesse in stedelijke activiteiten.
Figuur 17. Bestedingen per persoon op de dag van het interview per jaar
Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:
| 2019 (n = 3.052) | 2021 (n = 2.967) | 2023 (n = 3.481) | |
|---|---|---|---|
| Horeca | € 16 | € 18 | € 17 |
| Dagelijkse boodschappen | € 13 | € 12 | € 14 |
| Niet dagelijkse aankopen | € 33 | € 35 | € 38 |
| Overnachting | € 48 | € 52 | € 54 |
| Vervoer in de stad | € 6 | € 15 | € 6 |
| Markt in de stad | € 10 | € 11 | € 11 |
| Cultuur | € 13 | € 19 | € 15 |
| Overige uitgaven | € 10 | € 8 | € 8 |
Bestedingen gecorrigeerd voor inflatie met 2019 als basisjaar
Bestedingen naar doelgroep
Tabel 15 laat de bestedingen naar doelgroep zien. Dagrecreanten en verblijfstoeristen, oftewel de respondenten die verder weg wonen, besteden het meest op de dag van het interview. Dit komt ook mede door de overnachting die ze betalen (hier zijn ook de respondenten meegenomen die niet in de gemeente Groningen overnachten, maar elders). Opvallend is dat werknemers het meest aan de overnachting uitgeven, alhoewel het aantal werknemers dat overnacht laag is, zoals Tabel 16 laat zien (4%). Verblijfstoeristen geven het meest aan cultuur en horeca uit (Tabel 15) en zijn ook de respondenten die er het meest gebruik van maken (Tabel 16).
Tabel 15. Bestedingen per persoon op de dag van het interview in 2023 naar doelgroep
| Dagrecreanten (n = 1.583) | Verblijfstoeristen (n = 871) | Werknemers (n = 537) | Binnenstad bewoners (n = 398) | Binnenstad bezoekers (n = 2.154) | |
|---|---|---|---|---|---|
| Horeca | 19,7 | 36,3 | 17,5 | 15,1 | 13,2 |
| Dagelijkse boodschappen | 16,4 | 15,5 | 15,6 | 15,7 | 17,2 |
| Niet dagelijkse aankopen | 42,6 | 44,3 | 52,1 | 34,5 | 48,4 |
| Overnachting | 44,9 | 68,0 | 92,4 | ||
| Vervoer in de stad | 5,7 | 10,6 | 11,7 | 5,0 | |
| Markt in de stad | 12,5 | 12,2 | 11,9 | 12,6 | 12,8 |
| Cultuur | 15,5 | 22,2 | 11,1 | 14,5 | 14,6 |
| Overige uitgaven | 8,7 | 11,6 | 10,3 | 9,7 | |
| Totale uitgaven pp | 54,4 | 110,4 | 40,2 | 36,6 | 43,3 |
Tabel 16. Percentage respondenten per doelgroep per besteding op de dag van het interview in 2023
| Dagrecreanten (n = 1.583) | Verblijfstoeristen (n = 871) | Werknemers (n = 537) | Binnenstad bewoners (n = 398) | Binnenstad bezoekers (n = 2.154) | |
|---|---|---|---|---|---|
| Horeca | 52% | 53% | 38% | 37% | 37% |
| Dagelijkse boodschappen | 7% | 8% | 17% | 34% | 18% |
| Niet dagelijkse aankopen | 36% | 32% | 13% | 33% | 33% |
| Overnachting | 7% | 40% | 4% | ||
| Vervoer in de stad | 8% | 9% | 4% | ||
| Markt in de stad | 8% | 8% | 6% | 15% | 11% |
| Cultuur | 14% | 24% | 2% | 3% | 5% |
| Overige uitgaven | 20% | 19% | 9% | 7% | |
| Totaal % | 65% | 64% | 55% | 68% | 62% |
Bestedingen naar leeftijd
Tabel 17 laat de bestedingen per leeftijdsgroep zien in 2023. Jongere volwassenen (26-35 jaar) geven het meeste uit, met name aan niet-dagelijkse aankopen, overnachting en culturele activiteiten. Dit kan wijzen op een grotere interesse in reizen of verblijf in de binnenstad. Deze groep spendeert in totaal het meest van alle leeftijdsgroepen, met € 92,8 per persoon. Ook de groep van 36-45 jaar heeft hoge uitgaven, vooral aan niet-dagelijkse aankopen en overnachtingen. Naarmate de leeftijd toeneemt, nemen de totale uitgaven af. Deze daling in uitgaven geldt voor bijna alle categorieën, zoals horeca en cultuur. Al met al besteden jongere volwassenen (met uitzondering van de 16-25-jarigen) het meeste in verschillende uitgavencategorieën, terwijl oudere groepen wat minder geneigd lijken om grotere bedragen uit te geven, vooral na de leeftijd van 45 jaar.
Tabel 17. Bestedingen per persoon op de dag van het interview in 2023 naar leeftijd
| 16-25 jaar (n = 632) | 26-35 jaar (n = 423) | 36-45 jaar (n = 400) | 46-55 jaar (n = 384) | 56-65 jaar (n = 371) | 66 jaar + (n = 422) | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Horeca | 17,6 | 28,9 | 25,4 | 29,2 | 26,8 | 23,6 |
| Dagelijkse boodschappen | 14,4 | 21,3 | 18,3 | 22,6 | 26,9 | 21,1 |
| Niet dagelijkse aankopen | 41,0 | 79,8 | 75,3 | 62,6 | 44,7 | 44,6 |
| Overnachting | 74,0 | 49,3 | 55,8 | 67,0 | 62,4 | |
| Vervoer in de stad | 5,9 | 17,7 | 6,2 | 7,1 | 5,4 | |
| Markt in de stad | 8,5 | 18,7 | 12,0 | 15,3 | 14,4 | 11,5 |
| Cultuur | 15,9 | 32,3 | 18,0 | 18,7 | 21,2 | 13,4 |
| Overige uitgaven | 12,3 | 12,1 | 10,2 | 8,6 | 11,9 | 9,4 |
| Totale uitgaven pp | 43,7 | 92,8 | 91,8 | 88,1 | 80,9 | 58,9 |
6.2 Bestedingen en bezoekredenen
Figuur 18 laat zien wat de gemiddelde uitgaven zijn per persoon op de dag van het interview per bezoekreden in 2023. Opmerkelijk is dat bezoekers die werk gerelateerde activiteiten ondernemen, zoals een werkbezoek in de binnenstad, gemiddeld slechts € 11 tot € 21 uitgeven. Deze lage bestedingen kunnen worden verklaard door het feit dat deze bezoekers vaak beperkte tijd hebben en zich meestal richten op functionele aankopen of services. Aan de andere kant zien we dat recreatieve bezoekers, die bijvoorbeeld een stadswandeling maken (€ 87), het Groninger Museum (€ 88) of de Martinitoren bezoeken (€ 91) of een rondvaart door de gracht (€ 116), aanzienlijk meer uitgaven op de dag van het interview. Deze activiteiten trekken mogelijk bezoekers, met name verblijfstoeristen en dagrecreanten, aan die bereid zijn meer te investeren in hun ervaring.
Figuur 18. Gemiddelde uitgaven per persoon per bezoekreden in 2023
Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:
| Bezoekreden | Gemiddelde bestedingen |
|---|---|
| Rondvaart door de gracht | 116 |
| Bezoek aan de Martinitoren | 91 |
| Bezoek aan winkels (recreatief / funshoppen) | 88 |
| Bezoek aan het Groninger Museum | 88 |
| Stadswandeling | 87 |
| Bezoek horeca | 43 |
| Bezoek aan winkels (dagelijkse boodschappen) | 42 |
| Bezoek aan het Forum | 22 |
| Studeren | 22 |
| Werken: zakelijk bezoek in de binnenstad | 21 |
| Bezoek aan de markt | 15 |
| Werken: werk bevindt zich in de binnenstad | 11 |
n = 16-464; Bezoekredenen met minder dan 10 respondenten zijn niet meegenomen
6.3 Wanneer geven mensen meer uit?
Om te onderzoeken wanneer mensen meer uitgeven, zijn er correlaties uitgevoerd. Een correlatie geeft aan in hoeverre twee aspecten met elkaar samenhangen. Als de waarde dicht bij 1 ligt, is er een sterke positieve samenhang: wanneer het ene aspect toeneemt, neemt de andere ook toe. Als de waarde dicht bij -1 ligt, is er een sterke negatieve samenhang: wanneer het ene aspect toeneemt, neemt de andere af. Een correlatie van 0 betekent dat er geen samenhang is. Als een correlatie significant is, geeft dit aan dat de samenhang tussen deze aspecten niet op toeval berust.
Samenhang tussen bestedingen en verblijfsduur
Er bestaat een zwakke positieve correlatie (0,23) tussen de verblijfsduur en de totale uitgaven van de respondenten. Dit betekent dat hoe langer men in de binnenstad verblijft, hoe meer ze uitgeven. Deze samenhang is zwak, wat betekent dat de verblijfsduur niet de enige factor is die van invloed is op de totale uitgaven. Wel is deze samenhang significant, wat betekent dat de kans klein is dat dit op toeval berust.
Vervolgens is er gekeken welke bestedingen samenhangen met de verblijfsduur in de binnenstad. Er bestaat een significante matige positieve correlatie (0,37) tussen de verblijfsduur en uitgaven in de horeca, dit betekent dat hoe langer respondenten in de binnenstad verblijven, hoe meer ze uitgeven in de horeca. Daarnaast waren er significante zwakke positieve correlaties tussen verblijfsduur en uitgaven voor overnachting (0,20) en uitgaven voor cultuur (0,14).
Samenhang tussen bestedingen en waardering van de binnenstad
Er is onderzocht of er een correlatie bestaat tussen bestedingen en de waardering van de binnenstad. Hier bestond geen samenhang tussen, wat betekent dat mensen niet meer gaan uitgeven als ze de binnenstad hoger waarderen. Specifiek is er gekeken of men meer uitgeeft als ze de winkelaanbod of de kwaliteit van de winkels hoger waarderen. Dit blijkt niet zo te zijn.
Samenhang tussen bestedingen en frequentie van het bezoek
Er bestaat een zwakke positieve correlatie (0,27) tussen de verblijfsduur en de totale uitgaven van de respondenten. Dit betekent dat hoe vaker men in de binnenstad verblijft, hoe meer ze uitgeven. Deze samenhang is zwak, wat betekent dat de frequentie van de binnenstad bezoeken niet de enige factor is die van invloed is op de totale uitgaven. Wel is deze samenhang significant, wat betekent dat de kans klein is dat dit op toeval berust.
Vervolgens is er gekeken welke bestedingen samenhangen met de bezoekfrequentie. Er bestaat een significante matige positieve correlatie (0,45) tussen de bezoekfrequentie en uitgaven in de horeca, dit betekent dat hoe vaker respondenten in de binnenstad verblijven, hoe meer ze uitgeven in de horeca. Daarnaast waren er significante zwakke positieve correlaties tussen bezoekfrequentie en uitgaven voor overnachting (0,16), uitgaven voor cultuur (0,22) en uitgaven aan overige zaken, zoals parkeergeld (0,14). Tot slot bestaat er een zwakke negatieve correlatie tussen de bezoekfrequentie en dagelijkse boodschappen (-0,16), wat betekent dat mensen minder uitgeven aan dagelijkse boodschappen als men vaker de binnenstad bezoekt.
6.4 Korte samenvatting hoofdstuk 6
Bezoekers van de binnenstad geven in de loop der jaren steeds iets meer geld uit per dag. In 2019 lag dit bedrag gemiddeld op €37 per persoon, terwijl dit in 2023 was opgelopen tot €48. Deze toename is gecorrigeerd voor inflatie, wat er mogelijk op wijst dat bezoekers veranderende gewoonten hebben ontwikkeld sinds de coronaperiode.
Een opvallende trend is dat de uitgaven aan horeca en markten constant blijven, wat erop wijst dat mensen hier standaard geld aan besteden. Daarentegen worden dagelijkse boodschappen juist wat minder vaak gedaan in de binnenstad, mogelijk omdat bezoekers meer letten op hun uitgaven. Voor aankopen die minder vaak worden gedaan, zoals kleding of andere niet-dagelijkse artikelen, en voor overnachtingen is er juist een stijgende lijn zichtbaar. Dit kan erop wijzen dat het toerisme zich aan het herstellen is en dat bezoekers meer interesse hebben in het verblijf en winkelen in de stad. De uitgaven aan vervoer en cultuur piekten in 2021, waarschijnlijk door hogere transportkosten en het herstarten van culturele evenementen na COVID-19.
Het soort bezoeker speelt ook een rol. Dagrecreanten en verblijfstoeristen, mensen die van ver komen en in de stad overnachten, geven het meest uit. Zij besteden veel aan overnachtingen en cultuur, zoals het bezoeken van musea en lokale bezienswaardigheden. Opvallend is dat werkende bezoekers relatief weinig geld uitgeven, vaak tussen de €11 en €21, omdat zij meestal maar kort in de binnenstad blijven en zich vooral op praktische aankopen richten. Daarentegen geven recreatieve bezoekers aanzienlijk meer uit aan bijvoorbeeld stadswandelingen, een bezoek aan het Groninger Museum, of een rondvaart. Dit soort activiteiten trekt toeristen aan die bereid zijn om meer te investeren in hun ervaring.
Leeftijd speelt ook een rol in het uitgavenpatroon. Jongere volwassenen, vooral de groep tussen de 26 en 35 jaar, geven het meest uit. Ze besteden vooral aan niet-dagelijkse aankopen, culturele activiteiten en overnachtingen. Dit kan duiden op een grotere interesse in reizen en in het beleven van de stad. Oudere bezoekers geven gemiddeld minder uit, vooral na de leeftijd van 45 jaar.
Ten slotte blijkt dat de verblijfsduur invloed heeft op de totale uitgaven: hoe langer iemand in de binnenstad blijft, hoe meer deze persoon gemiddeld uitgeeft, vooral aan horeca. Ook geldt dat mensen die vaak naar de binnenstad gaan, vaker geld uitgeven aan horeca en cultuur, maar juist minder aan dagelijkse boodschappen. Dit laat zien dat bezoekers steeds bewuster kiezen waarop ze hun geld willen uitgeven tijdens hun bezoek aan de stad.